‘Ik versta die mensen echt niet hoor.’

Vanachter mijn Dürüm kijk ik hem aan. Zijn Turkse pizza met kaas ligt nog onaangeroerd op zijn bord.

‘Wat versta je niet dan?’

‘Nou ze spreken gewoon een andere taal. Ik versta níks van wat ze zeggen.’ zegt hij met gevoel voor theater.

Ik leg uit dat de ouders van deze jongens, of hun opa’s en oma’s uit een ander land komen en dat ze daardoor nog een accent hebben. Als Bastiaan vragen gaat stellen uit welk land ze dan komen en waarom ze ‘een accent’ hebben sommeer ik hem zijn pizza op te eten. Ik hou niet van koud eten en weet zeker dat ik de helft van die pizza naar mij toegeschoven krijg.

image

Een paar dagen later is het weer raak. We verkopen ons ouwe trouwe campertje aan een paar Vlamingen. De koper schroeft de witte nummerplaten op de bus waar eerst de gele Nederlandse platen zaten.

‘Je moet die nummerplaat achter ook even vijzen’ zegt de koper tegen zijn kompaan. Bij Bastiaan zie ik een groot vraagteken verschijnen. Wanneer de koper aan mij vraagt of er nog genoeg naft in de tank zit (en ik ook even na moet denken) is de maat vol bij Bastiaan.

‘Ik versta deze mensen niet hoor, wat voor taal spreken ze?’

Ik schiet in de lach en kijk naar de Vlaming die ook moet grijnzen. Ze mogen dan wel altijd het groot dictee der Nederlandse taal winnen, voor een kleuter die op school erg met woordjes en letters bezig is zijn al die accenten even teveel van het goede.

Door Jeroen

Jouw reactie hier!